Een initiatief met betrekking tot ondernemingsfinanciering: de kredietunie

door: in Rechtsgeleerdheid
How to amend the annual EU budget in light of the current refugee crisis

Sinds het begin van de kredietcrisis in 2008 is de kredietverlening aan ondernemingen behoorlijk afgenomen en in sommige sectoren is zelfs sprake van een absolute krimp. Doordat banken met het oog op risicobeperking de voorwaarden voor het verstrekken van krediet aanzienlijk hebben aangescherpt, wordt het steeds moeilijker voor het MKB om een lening af te sluiten. Als reactie hierop hebben ondernemingen in het MKB nieuwe initiatieven ontplooid voor ondernemingsfinanciering; de kredietunies. Kredietunies zijn coöperaties waarin MKB-ondernemers geldmiddelen ter beschikking stellen via een gemeenschappelijk kas. Deze geldmiddelen worden aangewend ter verschaffing van ondernemingsfinanciering aan andere MKB-ondernemers.

De aard van hun activiteiten brengt echter met zich dat kredietunies op grond van artikel 2:3a van de Wet op het financieel toezicht een bankvergunning nodig hebben. Dit betekent dat zij aan strenge vereisten met betrekking tot hun bedrijfsuitoefening, solvabiliteit en eigen vermogen dienen te voldoen. Om te voorkomen dat de kredietunies een bankvergunning nodig hebben, werken zij in de praktijk met alternatieve bronnen voor de financiering van hun kredietbemiddeling. Deze vormen van kredietbemiddeling beletten de kredietunies echter om tot ontwikkeling te komen.

In 2014 dienden Tweede Kamerleden Van Hijum en Mulder (CDA) het wetsvoorstel toezicht kredietunies in teneinde ondernemingsfinanciering middels kredietunies te stimuleren.  In het wetsvoorstel wordt onderscheid gemaakt tussen kredietunies met een beperkte omvang (kredietunies waarvan het totaal aan beheerde activa niet groter is dan € 10 miljoen) en overige kredietunies. Voorgesteld wordt om de kredietunies met een beperkte omvang geheel vrij te stellen van de verplichte bankvergunning. De overige kredietunies dienen wel in het bezit van een bankvergunning te zijn. Ten aanzien van deze unies wordt het huidige stelsel van toezicht vervangen door een prudentieel stelsel van doorlopend toezicht, afgestemd op de aard van het bedrijf van kredietunies.

Zowel de AFM als de DNB hebben kritiek geuit op het wetsvoorstel. Vanwege het feit dat kredietunies met een beperkte omvang niet onderworpen zijn aan toezicht, vindt de AFM de grens van € 10 miljoen te hoog. Volgens de DNB dient meer aandacht te worden besteed aan de bescherming van crediteuren, maar ook aan het voorkomen van misbruik van het kredietunie-model. Desondanks heeft na de Tweede Kamer ook de Eerste Kamer onlangs unaniem ingestemd met het wetsvoorstel.